De maximum uurtarieven kinderopvangtoeslag (KOT) worden jaarlijks geïndexeerd door de overheid. De indexatie is gebaseerd een gewogen gemiddelde van de ontwikkeling van de loonvoet bedrijven (80%) en de ontwikkeling van de consumentenprijsindex (20%). Daarbij wordt een berekening gemaakt voor het komende jaar en een correctie toegepast over het huidige jaar.
De laatste jaren wordt deze berekening in het 2e kwartaal van het jaar bekend gemaakt, zodat de berekeningen gebaseerd zijn op cijfers die eind 1e kwartaal bekend zijn. Het is prettig dat deze tegenwoordig tijdig bekend worden gemaakt. Maar hoe reëel zijn deze indexeringen ?
Mevrouw P. Edagogisch-Medewerker
Mogen wij u voorstellen aan Mevrouw P. Edagogisch-Medewerker, zij treedt per 1 januari 2015 in dienst van een Kinderdagverblijf Eenpitter, met een voltijd contract. Mevrouw P. is een voorbeeldige medewerker en ontvangt jaarlijks haar periodiek.
De jaarlijkse werkgeverslasten voor de jaren 2015 tot en met 2020 zijn als volgt:
Werkgeverslasten | |
totaal 2015 | € 30.431 |
totaal 2016 | € 31.792 |
totaal 2017 | € 33.249 |
totaal 2018 | € 34.934 |
totaal 2019 | € 37.566 |
totaal 2020 | € 40.735 |
Onderaan deze pagina treft u de volledig uitwerking aan van de jaarlijkse kosten.
Indexeringspercentage
De overheid houdt er rekening mee dat de loonkosten 80 % uit maken van de kosten en de inflatie 20 % van de totale kosten. Op deze manier wordt het indexatie % berekend voor de verhoging KOT.
Voeren we dezelfde systematiek uit op de werkelijk loonkosten ontstaat onderstaand beeld. Hieruit blijkt dat indexering KOT veel lager is dan de werkelijke kostenstijging in de kinderopvang.
Personeelskosten | inflatie | index totaal | index jaar | index correctie | index totaal KOT | ||
totaal 2016 | 4,47% | 0,30% | 3,64% | 2,15% | -1,42% | 0,73% | |
totaal 2017 | 4,58% | 1,40% | 3,95% | 1,90% | -0,30% | 1,60% | |
totaal 2018 | 5,07% | 1,70% | 4,40% | 2,30% | 0,44% | 2,74% | |
totaal 2019 | 7,53% | 2,60% | 6,55% | 3,68% | 0,34% | 4,02% | |
totaal 2020 | 8,44% | 1,30% | 7,01% | 2,38% | -0,48% | 1,90% |
Omdat om te zetten naar een wat simpeler beeld, € 100 in 2015 is met de werkelijke kosten in de kinderopvang gestegen naar € 128,22 in 2020, terwijl die € 100 in 2015 volgens de indexatie KOT in 2020 maar is gestegen naar € 111,45.
Stijging werkelijk | Stijging index KOT | |
totaal 2015 | 100,00 | 100,00 |
totaal 2016 | 103,64 | 100,73 |
totaal 2017 | 107,73 | 102,34 |
totaal 2018 | 112,46 | 105,15 |
totaal 2019 | 119,83 | 109,37 |
totaal 2020 | 128,22 | 111,45 |
Conclusie
De indexering van uurtarieven voor de kinderopvangtoeslag lopen ieder jaar verder achteruit ten opzichte van de werkelijke kostenstijgingen waar de kinderopvang mee te maken heeft.
In deze berekeningen wordt nog alleen uitgegaan van de “normale” stijging loonkosten (periodiek + loonstijging CAO). Alle kostenverhogende maatregelen zoals de Wet IKK laten we buiten beschouwing.
Ouders draaien voor kosten op
Het verschil tussen de verschillende uurtarieven zorgt er voor de ouders opdraaien voor de hogere kosten die niet vergoed worden door de kinderopvangtoeslag.
Schuld
Ouders zullen de “schuld” van de hogere kosten neer leggen bij de kinderopvangorganisaties terwijl dit het gevolg is van de te lage indexering door de overheid.
Grondslagen bovenstaande berekeningen :
- werkgeverslasten berekeningen volgens Visma-Raet
- basisloon is brutoloon + 8 % vakantietoeslag + € 8 bruto bijdrage ziektekostenverzekering
- er is geen rekening gehouden met extra bruto uitkeringen volgens CAO kinderopvang
- voor de brutoloon 2020 is uitgegaan van een stijging van 2,5 % volgens verwachting CPB
- werkgeverslasten zijn exclusief reis- en opleidingskosten
Buiten beschouwing gelaten :
- bij verloop van personeel kan het gebeuren dat de vervangende medewerker een hogere of lagere salaristrede heeft. (de in- en uitstroom).
- stijging als gevolg van periodiek kan uitblijven wanneer medewerkers einde van de salarisschaal hebben bereikt, of dat medewerkers geen periodiek ontvangen wegens onvoldoende functioneren.
De volledige uitwerking van de jaarlijkse werkgeverslasten is als volgt:
Brutoloon | aantal mnd | Basisloon incl VT | Tot. Werkg. Last | |||
1-1-2015 | € 1.864 | 11 | € 2.021 | € 2.534 | € 27.871 | schaal 6, trede 9 |
1-11-2015 | € 1.882 | 1 | € 2.041 | € 2.559 | € 2.559 | tabelverhoging 1 % |
totaal 2015 | € 30.431 | |||||
1-1-2016 | € 1.931 | 6 | € 2.093 | € 2.636 | € 15.815 | schaal 6, trede 10 |
1-7-2016 | € 1.950 | 6 | € 2.114 | € 2.663 | € 15.977 | tabelverhoging 1 % |
totaal 2016 | € 31.792 | |||||
1-1-2017 | € 2.004 | 3 | € 2.172 | € 2.731 | € 8.193 | schaal 6, trede 11 |
1-4-2017 | € 2.028 | 3 | € 2.198 | € 2.765 | € 8.295 | tabelverhoging 1,2 % |
1-7-2017 | € 2.048 | 6 | € 2.220 | € 2.793 | € 16.760 | tabelverhoging 1 % |
totaal 2017 | € 33.249 | |||||
1-1-2018 | € 2.104 | 6 | € 2.280 | € 2.878 | € 17.267 | schaal 6, trede 12 |
1-7-2018 | € 2.151 | 6 | € 2.331 | € 2.945 | € 17.668 | tabelverhoging 2,25 % |
totaal 2018 | € 34.934 | |||||
1-1-2019 | schaal 6, trede 13 | |||||
1-1-2019 | € 2.273 | 12 | € 2.463 | € 3.130 | € 37.566 | tabelverhoging 3,0% |
totaal 2019 | € 37.566 | |||||
1-1-2020 | € 2.333 | € 2.528 | € 3.309 | € – | schaal 6, trede 14 | |
1-1-2020 | € 2.391 | 12 | € 2.591 | € 3.395 | € 40.735 | taxatie stijging 2,5 % |
totaal 2020 | € 40.735 |
[TheChamp-FB-Comments num_posts=”10″]