Reactie van Tamara van Ark
Stichting Nysa (brancheorganisatie voor gastouders) had op 1 mei een ‘Brandbrief gastouders in risicogroep’ verzonden. De Staatsecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, Tamara van Ark heeft een inhoudelijke reactie verzonden.
Het is niet de reactie waarop Stichting Nysa gehoopt had maar zij hebben begrip voor het standpunt van de Staatsecretaris. Bijna iedereen in Nederland is getroffen (en wordt nog steeds getroffen) door de economische achteruitgang welke het gevolg is van de Corona-crisis. De genomen noodmaatregelen zijn bedoeld om zoveel mogelijk banen en inkomens te beschermen maar dit is helaas niet voor iedereen mogelijk.
In het kort komt het erop neer dat gastouders welke niet staan ingeschreven in het handelsregister bij de Kamer van Koophandel en niet voldoen aan het urencriterium (minimaal 1225 uur per jaar besteed aan werkzaamheden voor het bedrijf of zelfstandig beroep) niet als zelfstandig ondernemer kunnen worden gezien. Alleen een inschrijving bij het LRK is helaas geen grond om gezien te worden als zelfstandig ondernemer en de noodmaatregelen kunnen hierop helaas ook niet aangepast worden. Wel wijst de Staatssecretaris op het feit dat indien de gastouder, welke niet gezien wordt als zelfstandig ondernemer, een inkomen heeft onder de voor hen van toepassing zijnde bijstandsnorm, eventueel een beroep kan doen op bijstand op grond van de Participatiewet.
De Staatsecretaris heeft aangegeven de gastouderopvang als een belangrijk onderdeel van de Sector Kinderopvang te zien. De Staatssecretaris is verder zeer erkentelijk voor de inzet die veel gastouders hebben getoond bij het bieden van noodopvang voor kinderen van ouders in cruciale beroepen en vitale processen. Deze inzet heeft ervoor gezorgd dat deze kinderen veilig opgevangen konden worden, op een vertrouwde plek en door een vertrouwd gezicht.
Mochten er gastouders zijn die aan het urencriterium (minimaal 1225 uur per jaar) voldoen maar nog niet zijn ingeschreven in het handelsregister van de Kamer van Koophandel, adviseert Stichting Nysa om deze stap alsnog te overwegen.
Bron : Stichting Nysa