Internetconsultatie wijziging Besluit kinderopvangtoeslag 2022

Deel dit bericht op:

Op 26 februari is de internetconsultatie over het Besluit kinderopvangtoeslag 2022 gepubliceerd. Jaarlijks worden hierin de maximum uurprijzen en toetsingsinkomens in de kinderopvangtoeslag geïndexeerd. De indexatie voorkomt negatieve inkomenseffecten voor ouders als gevolg van loon- en prijsbijstellingen. 

Verruiming koppeling gewerkte uren BSO

Tevens wordt de verruiming van de koppeling gewerkte uren voor buitenschoolse opvang (BSO) voor 2022 in dit besluit geregeld. De koppeling gewerkte uren voor BSO wordt verruimd van 70 procent naar 140 procent. Ouders hebben hiermee voortaan ook voor de BSO recht op kinderopvangtoeslag voor maximaal 140 procent van het aantal gewerkte uren van de minst werkende partner. Voor sommige ouders overlappen hun werktijden niet met de BSO-tijden. Het kabinet acht het wenselijk om deze belemmering weg te nemen. Zo wordt de beleidsdoelstelling van de kinderopvangtoeslag, namelijk het ondersteunen en stimuleren van de arbeidsparticipatie van ouders met jonge kinderen, ook voor ouders met arbeidstijden in de avond en weekenden beter gerealiseerd.

Wilt u meedenken over deze onderwerpen? Belangstellenden kunnen tot en met 25 maart 2021 reageren op de internetconsultatie Besluit kinderopvangtoeslag 2022.

Doelgroepen die door de regeling worden geraakt

Ouders die gebruik maken van rijksgefinancierde kinderopvang, omdat de maximum uurprijzen en de toetsingsinkomens bepalen hoe hoog de kinderopvangtoeslag is. Tevens heeft de verruiming van koppeling gewerkte uren voor buitenschoolse opvang van 70 procent naar 140 procent effect op hoeveel uren kinderopvangtoeslag iemand bij gebruik van BSO kan aanvragen.

Verwachte effecten van de regeling voor de doelgroepen

De indexatie voorkomt negatieve inkomenseffecten voor ouders als gevolg van loon- en prijsbijstellingen. De koppeling gewerkte uren voor buitenschoolse opvang wordt verruimd. Ouders hebben voortaan ook voor de buitenschoolse opvang recht op kinderopvangtoeslag voor maximaal 140 procent van het aantal gewerkte uren van de minst werkende partner. Dat is nu nog 70 procent, omdat ervan uitgegaan werd dat de gewerkte uren deels samenvallen met de schooluren. Dat is niet altijd het geval, bijvoorbeeld bij ouders die in de avond/nacht of het weekend werken. De verruiming neemt dit knelpunt weg en zorgt ervoor dat de combinatie tussen arbeid en zorg wordt verbeterd. Door het verruimen van de koppeling gewerkte uren voor de buitenschoolse opvang, stijgen de structurele uitgaven aan de kinderopvangtoeslag naar verwachting met € 20 miljoen. De koppeling wordt bekostigd uit het macrobudget dat beschikbaar is voor de kinderopvangtoeslag en zal daarom een negatief, doch zeer beperkt inkomenseffect voor ouders hebben. Gezien het relatief lage bedrag van €20 miljoen op het totaal van circa € 3,2 miljard aan kinderopvangtoeslag zal dit gevolg echter heel klein zijn. De kosten van de verruiming bedragen zullen over alle inkomensgroepen evenredig worden verdeeld.