Helaas hebben de onderhandelingen over een nieuwe cao Kinderopvang niet geleid tot een onderhandelingsresultaat. Er ligt nu een eindbod van de werkgeversorganisaties. Het is aan de CNV-leden om te stemmen over dit eindbod. De stemming loopt tot vrijdag 4 juni. De leden hebben hier een nieuwsbrief over ontvangen.
Er zijn vele gesprekken geweest met de werkgevers in de kinderopvang. We hebben uiteindelijk geen akkoord kunnen bereiken. Daarom leggen we nu het eindbod van de werkgevers voor aan de leden.
Hoofdpunten eindbod werkgevers cao Kinderopvang
Salarisstijging
Er is een aanbod voor aanpassing voor de salarissen. De salarisverhoging in 18 maanden (1 juli 2021
t/m 31 december 2022) bedraagt 3,5%: 3% structureel en 0,5% eenmalig.
Niet groepsgebonden uren
Het aantal niet groepsgebonden uren wordt met ingang van 1 januari 2022 verhoogd met 4 uur naar 50
uur per fte per jaar per vestiging.
De jaarurensystematiek (JUS)
De jaarurensystematiek (JUS) wordt gewijzigd. Het maximale saldo min- of plus-uren dat een
medewerker kan opbouwen, wordt verlaagd naar maximaal 2 weken. Dit geldt alleen voor
medewerkers die volledig werkzaam zijn in de dagopvang. Voor medewerkers die (ook) werken in de
BSO of Peuterwerk blijven de huidige afspraken gelden, omdat hun roosters de schoolweken en
schoolvakanties moeten kunnen blijven volgen.
Beschikbaarheidsdag
Er wordt niet meer gesproken over een beschikbaarheidsdag maar over roosterdagen en nietroosterdagen. Zodat duidelijk is dat er dagen zijn waarop de medewerker werkt, een dag waarop de
medewerker mag worden ingeroosterd en dag(en) waarop de medewerker in principe niet mag worden
ingeroosterd (wel in overleg). Als de medewerker wordt ingeroosterd op een extra roosterdag, wordt dit
tijdig vooraf door de werkgever besproken met de medewerker.
Functiedifferentiatie
Van de voorbeelden in het functieboek van functiedifferentiaties op de functie van de pedagogisch
medewerker, wordt functiedifferentiatie 2 structureel opgenomen in het functieboek. Het
onderscheidende criteria tussen schaal 6 en 7 wordt herkenbaarder.
Buitengewoon verlof
Als zich een bijzondere gebeurtenis voordoet heeft de medewerker recht op verlof. Bij andere niet
genoemde bijzondere gebeurtenissen in de privé- sfeer heeft de medewerker het recht om zelf een
verlofdag op te nemen. De medewerker vraagt dit 3 dagen van te voren aan tenzij dat door
omstandigheden niet mogelijk is. De werkgever kan alleen verlof weigeren als er sprake is van een
zwaarwichtige reden.
Vakantieverlof
Medewerkers krijgen het recht om te vragen om minimaal drie weken aaneengesloten vakantie. De
werkgever moet zijn best doen om dit mogelijk te maken. Als het niet lukt om dit voor iedere
medewerker die dit vraagt mogelijk te maken, zorgt de werkgever voor een eerlijke verdeling van de
opties en bewaakt de werkgever dat in volgende jaren de verzoeken van weer andere medewerkers
worden gehonoreerd.
Aanvullend geboorteverlof
Een medewerker die na de bevalling van zijn/haar partner recht heeft op het wettelijk aanvullend
geboorteverlof en die gebruik maakt van dit recht, ontvangt van UWV een uitkering ter hoogte van 70%
van het (maximum) dagloon. Deze uitkering wordt door de werkgever aangevuld tot 100% van het
salaris.
Onkostenvergoeding mobiele apparatuur
Als de medewerker eigen mobiele apparatuur moet gebruiken om haar werk te kunnen doen, is er recht
op een vergoeding voor het gebruik van de eigen apparatuur. Dit wordt duidelijker opgenomen in de
cao. In de beroepscode komt aandacht voor het gebruik van mobiele telefoon en social media in relatie
tot het beroep van de Pedagogisch Medewerker.
Levensfasebudget
Aan de afspraken over het Levensfasebudget wordt studieverlof toegevoegd als extra doel.
Bron : CNV
Lees ook : Zijn de eisen van de FNV goed voor de kinderopvangbranche als geheel ?