De CAO partijen BK, BMK, FNV en CNV hebben een onderhandelaarsakkoord gesloten.
Voordat dit officieel een CAO is, zal dit door de leden van de diverse organisaties moeten worden goedgekeurd. Als dat heeft plaatsgevonden is de CAO rond voor de werknemers van werkgevers die zijn aangesloten bij de BK of BMK.
Voor werknemers die werkzaam zijn bij de werkgevers die aangesloten zijn bij de BVOK geldt dus de BVOK cao.
Werkgevers die niet zijn aangesloten bij BK, BM, BVOK (zo’n 55 % van de werkgevers, vaak kleinere organisaties) is dan nog niet formeel een CAO. Deze kunnen er wel voor kiezen om de CAO te gaan volgen.
BK en BMK zullen de CAO bij het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid aan gaan melden om deze “Algemeen Verbindend te Verklaren”(AVV). Dit traject kan enige maanden duren, zeker als de BVOK bezwaar maakt. Pas als de CAO in de Staatcourant AVV is, is de CAO (op datum van opname Staatscourant) geldig voor alle kinderopvangorganisaties in Nederland.
Onderstaand de hoofdlijnen van het akkoord.
Cao akkoord kinderopvang
De onderhandelaars van BMK, BK, CNV en FNV hebben een akkoord bereikt over een sterke verbetering van de arbeidsvoorwaarden in de kinderopvang. De Cao is afgesloten voor een periode van 18 maanden en loopt van 1 januari 2023 tot en met 30 juni 2024. Voor de periode van 1 juli 2024 tot en met 31 december 2024 gaat een overgangscao gelden.
Cao van de toekomst
Cao partijen gaan volop aandacht besteden aan de Cao voor de Toekomst. Dit is belangrijk vanwege steeds nauwere samenwerkingen met het onderwijs. Samen willen we helder krijgen of en op welke manier we de CAO onderwijs en kinderopvang op elkaar af kunnen stemmen zodat we interprofessioneel werken bevorderen. Dit maakt werken in de kinderopvang interessanter, en draagt bij aan het aantrekken van nieuwe waardevolle professionals. De hervorming van het financieringsstelsel (bijna gratis kinderopvang per 2025) laat zien hoeveel waarde de politiek hecht aan de kinderopvang, een CAO van de toekomst is hier een enorm belangrijk voorwaarde voor.
Aantrekkelijk perspectief
De BMK is heel blij met dit akkoord. De afspraken uit het akkoord maken het (blijven) werken in onze sector flink aantrekkelijker en geven blijk van waardering van de inzet van de medewerkers in de kinderopvang. De salarissen stijgen vanaf 1 april 2023 flink (met gemiddeld 11,9%: in 2023 is dat gemiddeld 7,9% , en in 2024 4%). Doordat er niet alleen een procentuele stijging is maar ook verhoging voor iedere salaristrede met een vast bedrag stijgen lagere schalen sterker dan hogere schalen. Er ontstaat in 2024 een beter doorgroeiperspectief doordat alle schalen er twee tredes bij gaan krijgen. Dit is erg fijn voor iedereen die nu aan het einde van zijn schaal zit. Doordat in 2024 ook de eerste trede van een schaal komt te vervallen wordt het voor starters nog aantrekkelijker te gaan werken in onze sector.
Loes Ypma: “Wij zijn echt blij met deze nieuwe cao want kinderopvang is zinvol werk, draagt bij aan de ontwikkelingskansen van kinderen én ondersteunt ouders zodat zij werk en zorg ontspannen kunnen combineren. Dat is nogal wat! En dat verdient waardering en deze Cao maakt dat heel duidelijk door nu aantrekkelijke arbeidsvoorwaarden te bieden én daarnaast ook toekomstperspectief te geven.”
Samenvatting van de afspraken in het onderhandelaarsakkoord
- De salarissen stijgen gedurende de nieuwe Cao gemiddeld met bijna 12% (gemiddeld 11,9%, dat is in 2023 gemiddeld 7,9% en in 2024 4%).
- Per 1 april 2023 stijgen de salarissen met € 150 bruto per maand bij een voltijdsalaris en vervolgens met 2%.
- In juli 2023 ontvangen medewerkers € 525 eenmalig naar rato dienstverband, heeft de medewerker naar aanleiding van de gedane oproep van BK en BMK in januari een eenmalige gratificatie ontvangen dan wordt deze gratificatie in mindering gebracht tot een maximum van 300 euro.
- Per 1 januari 2024 stijgen de salarissen met 2%.
- Per 1 april 2024 stijgen de salarissen met 2%.
- In 2023 en in 2024 kan een werkgever maximaal twee keer een gratificatie zoals bedoeld in artikel 5.9 van de huidige Cao toekennen.
- Het Levensfasebudget wordt geïndexeerd. Indexatie vind plaats gedurende een periode van maximaal 5 jaar.
- De werkgever verdubbelt het aantal gestorte uren van de medewerker in het Levensfasebudget met een maximum van 6 uur per jaar. Cao-partijen evalueren na 2 jaar het effect van deze afspraak.
- Partijen stellen vast dat het verruimen van de bronnen voor het sparen in het levensfasebudget (o.a. bovenwettelijk verlof, seniorenverlof en extra gewerkte uren/plusuren) wenselijk is en spreken af dat het Overleg Arbeidsvoorwaarden Kinderopvang en (OAK) dit verder uitwerkt.
- Het Levensfasebudget wordt overdraagbaar van de ene naar de andere werkgever. Onderzocht wordt hoe dit kan worden vormgegeven in de cao.
- In het Overleg Arbeidsvoorwaarden Kinderopvang en (OAK) spreken Cao partijen verder over alle overige inhoudelijke onderwerpen en leveren uiterlijk 1 juli 2023 hiervoor mogelijke Cao teksten aan.